NISPA Nijmegen Institute for Scientist-Practitioners in Addiction

GHB monitor 2.0

Behandeling van GHB afhankelijkheid na detoxificatie

2013-2016

Download rapport

Waarom dit onderzoek?

Een belangrijke bevinding van monitor 1.0 was de hoge terugval onder GHB verslaafde patiënten: tweederde binnen drie maanden na het einde van detoxificatie. GHB 2.0 richt zich daarom specifiek op terugval en het vinden van aanknopingspunten om de terugval te verminderen. De doelen van monitor 2.0 zijn: de biopsychosociale interventies die worden gebruikt in de behandeling van GHB verslaafden in kaart brengen, de belemmerende en bevorderende factoren voor de uitvoering van terugvalmanagement identificeren, mogelijke voorspellers voor de behandeluitkomst onderzoeken en de implementatie en add-on effect van baclofen evalueren.

Wat hebben we gedaan?

Het design van GHB monitor 2.0 betreft een multicentre observationele prospectieve cohort studie. Hierbij wordt de gebruikelijke opnameprocedure gevolgd binnen de verslavingszorg, waaronder inschrijving, intakegesprek en medische screening door een arts. Bij de patiënt worden vragenlijsten afgenomen op verschillende momenten; twee weken voor opname (baseline), op de opnamedag, tijdens de opname, op de ontslagdag en drie maanden na afronding van de detoxificatie. Voor patiënten die deelnemen aan de baclofenpilot is er een tweede follow-up meting, zes maanden na detoxificatie. Er wordt informatie verzameld over middelengebruik, psychische klachten, persoonlijkheid, kwaliteit van leven, slaapproblemen, cognitief vermogen, onthoudingsklachten, vervolgbehandeling, medicatiegebruik en bijwerkingen van baclofen.

Wat hebben we gevonden?

We vonden wederom hoge terugvalpercentages. De belangrijkste factor die samenhing met terugval in GHB gebruik was de aanwezigheid van cognitieve problemen na detoxificatie. Het GHB gebruikspatroon hing niet samen met terugval. Psychiatrische co-morbiditeit was weliswaar vaak aanwezig, maar niet veel hoger dan bij patiënten met andere middelenverslavingen, en deze hing ook niet samen met terugval. De vervolgbehandeling na GHB detoxificatie bestond doorgaans uit een combinatie van farmacologische, psychotherapeutische en sociaalmaatschappelijke interventies. De farmacologische interventies bestonden vooral uit antidepressiva, anxiolytica en baclofen; de psychotherapeutische voornamelijk uit cognitieve gedragstherapie. Daarnaast was er veel aandacht voor de frequente sociaal maatschappelijke problemen. Een van de belangrijkste knelpunten  in de vervolgbehandeling was de snelle uitval uit de behandeling en terugval in GHB gebruik. Hierdoor bleek het vaak niet mogelijk om tot goede diagnostiek en indicatiestelling te komen. In dit project vonden we tenslotte aanwijzingen dat toevoeging van baclofen aan de gebruikelijke behandeling mogelijk leidt tot een beter behandelresultaat.  Concluderend kan gesteld worden dat de GHB afhankelijkheid in Nederland nog altijd een hardnekkig probleem is, dat moeilijk behandelbaar is. Weliswaar verloopt de detoxificatie doorgaans ongecompliceerd, maar vervolgbehandeling na de detoxificatie komt moeizaam tot stand. Hierdoor blijven de terugval percentages hoog. Aandacht voor de deels persisterende cognitieve stoornissen onder GHB afhankelijke patiënten, het belang daarvan voor terugval en mogelijke aanpassingen van het zorgaanbod is aangewezen. Tevens zal toekomstig onderzoek moeten aantonen of baclofen daadwerkelijk van toegevoegde waarde voor de behandeling van patiënten met GHB afhankelijkheid.

Wie zijn betrokken?

Het project valt onder de Stichting Resultaten Scoren en ontving subsidie van het ministerie van VWS. Het project werd door NISPA in samenwerking met IrisZorg, Mondriaan, Novadic-Kentron, Tactus, Victas, en VNN uitgevoerd. De volgende personen zaten in het projectteam:

  • Drs. Harmen Beurmanjer (projectcoördinator, Novadic-Kentron)
  • Cor Verbrugge (projectmanager, Novadic-Kentron)
  • Dr. Rama Kamal (arts onderzoeker, Novadic-Kentron)
  • Dr. Boukje Dijkstra (wetenschappelijk projectleider, NISPA)
  • Dr. Arnt Schellekens (senior arts onderzoeker, Radboud UMC, NISPA)
  • Prof. Dr. Cor de Jong (wetenschappelijk directeur, NISPA)

Publicaties

 

© 2024 Nispa ® alle rechten voorbehouden.