NISPA Nijmegen Institute for Scientist-Practitioners in Addiction

Doorontwikkeling verslavingsgerichte EMDR

EMDR voor de behandeling van craving bij verslaving

2011-2017

Waarom dit onderzoek?

Naar schatting lijkt slechts 45-60% van de Nederlandse patiënten na een verslavingsbehandeling abstinent te zijn of het gebruik onder controle te hebben. Bestaande evidence-based behandelingen kunnen terugval in veel gevallen niet voorkomen. Er blijft een grote behoefte bestaan aan effectieve behandelingen voor verslaving. Eye Movement Desensitisation and Reprocessing (EMDR) is een evidence-based behandeling voor PTSS. Onderzoek suggereert dat EMDR wellicht ook toegepast kan worden bij de verslaving zelf. Het onderzoek op dit vlak is tot nog toe echter beperkt en veelal van lage kwaliteit. 

Het doel van dit promotieonderzoek is om meer inzicht te krijgen in de klinische bruikbaarheid van EMDR bij middelenafhankelijkheid: 1) helpt EMDR bij het reduceren van trek en middelengebruik, 2) zo ja, wat zijn mogelijke mechanismen van verandering daarbij, 3) welke effect heeft dit op de kwaliteit van leven en 4) is de toepassing van EMDR veilig, acceptabel en haalbaar in de klinische praktijk?

Wat hebben we gedaan? 

Er werden een aantal deelstudies uitgevoerd:

  1. De Desire Thinking Questionnaire (DTQ) is psychometrisch onderzocht, omdat ‘desire thinking’ een centraal concept is in deze studie. Een klinische en ambulante patiëntengroep met alcoholafhankelijkheid en een vergelijkingsgroep van sociale drinkers uit de algemene populatie heeft hiervoor de vragenlijst ingevuld.
  2. In een klinische populatie met alcoholafhankelijkheid is op basis van een follow-up 3 maanden na ontslag gekeken of bestaande verklaringsmodellen voor terugval bevestigd konden worden. 
  3. Er is een aangepast protocol getest voor EMDR bij 47 dagelijkse rokers. Deelnemers werden gerandomiseerd toegewezen aan een groep bij wie wel of bij wie geen oogbewegingen werden geïnduceerd terwijl ze trekoproepende herinneringen voor de geest haalden (3 trials van 6 minuten). Er werd gekeken naar veranderingen en verschillen in 1) levendigheid en trek geassocieerd met geheugenrepresentaties, 2) abstinentie-geïnduceerde trek en 3) rookgedrag, over trials, pre-en post interventie en bij follow-up na een week.
  4. Een multiple baseline studie werd uitgevoerd bij 5 alcoholafhankelijke patiënten, waarbij patiënten na een baselineperiode van 3, 4 of 5 weken, maximaal 7 wekelijkse sessies EMDR kregen. 
  5. Een gerandomiseerde klinische trial werd uitgevoerd waarin EMDR met reguliere behandeling versus alleen reguliere behandeling werd vergeleken bij 109 ambulante, alcoholafhankelijke patiënten (ClinicalTrial.gov: NCT01828866). De EMDR bestond uit maximaal 7 sessies EMDR. Na 2,3 en 6 maanden volgden follow-up metingen.

Wat hebben we gevonden?

Dit promotieproject heeft de wetenschappelijke kennis over de rol van drooggebruik en de interactie met trek, ruminatie, negatief affect en recent alcoholgebruik uitgebreid. Ten tweede heeft dit project de wetenschappelijke kennis over de veiligheid, haalbaarheid en effectiviteit van EMDR therapie bij verslaving uitgebreid. Hoewel de onderzochte EMDR therapie net zo veilig lijkt als reguliere zorg, kan de haalbaarheid hiervan als aanvullende interventie op de reguliere verslavingsbehandeling enige aanpassing vereisen terwijl de effectiviteit ervan duidelijk verder onderzoek vereist maar ook verdient. EMDR therapie bij verslaving kan in specifieke gevallen wellicht uitkomst bieden, nadat de reguliere verslavingsbehandeling haar grenzen heeft bereikt.

Looptijd

2011-2017

Opdrachtgever

IrisZorg (instelling voor verslavingszorg en maatschappelijke opvang in Gelderland

In samenwerking met

NISPA

Behavioral Science Institute (BSI), Radboud Universiteit De RCT wordt gesubsidieerd door het Fonds Psychische Gezondheid, de Vereninging EMDR Nederland en de EMDR research foundation.

Onderzoeksteam NISPA

Drs. Wiebren Markus, promovendus, GZ-psycholoog en onderzoeker (IrisZorg, NISPA)
Prof. Dr. Cor de Jong, voormalig wetenschappelijk directeur, promotor (NISPA)
Prof. Dr. Eni Becker, hoogleraar experimentele psychopathologie, promotor (BSI)
Dr. G. de Weert-van Oene, onderzoeker, co-promotor (Victas B.V. de gegevens zijn verzameld en worden momenteel verwerkt tot een publicatie.

Contactpersonen

Wiebren Markus w.markus@iriszorg.nl

© 2024 Nispa ® alle rechten voorbehouden.